2.4 Wijziging

Een toevoeging kan, als dat nodig is, gewijzigd worden. Hieronder wordt een aantal situaties beschreven waarom een toevoeging gewijzigd kan worden. Met uitzondering van de in artikel 33 Wrb genoemde omstandigheden, gebeurt intrekking met toestemming van de rechtzoekende.

• Tussentijdse beëindiging van de toevoeging

Een toevoeging kan gedurende de looptijd van de zaak op uw verzoek beëindigd worden. Bijvoorbeeld omdat uw cliënt de eigen bijdrage niet betaalt. Bij een tussentijdse beëindiging van de toevoeging blijft de toevoeging in stand. Dat betekent dat u na beëindiging uw werkzaamheden kunt declareren die u heeft verricht tot aan de beëindigingsdatum. Het beleid van de Raad met betrekking tot tussentijdse beëindiging van de toevoeging vindt u op Kenniswijzer. Gebruik voor deze wijziging het formulier "mutatie toevoeging Wsnp".

• Intrekking van de toevoeging

Een toevoeging kan om diverse redenen worden ingetrokken. De consequentie van intrekking van een toevoeging is dat uw cliënt met terugwerkende kracht geen recht heeft op gesubsidieerde rechtsbijstand in de betreffende zaak. Uw cliënt betaalt dan zelf de kosten van uw rechtsbijstand. Het beleid van de Raad met betrekking tot intrekking van de toevoeging vindt u op Kenniswijzer. Gebruik ook hiervoor het formulier "mutatie toevoeging Wsnp".

• Overname door een andere Wsnp-bewindvoerder

Overname van de zaak (en de toevoeging) kan alleen onder de voorwaarden van artikel 5 lid 8 van de regeling. De werkzaamheden worden dan op dezelfde toevoeging voortgezet, door de overnemende partij. Het beleid van de Raad met betrekking tot overname van de toevoeging vindt u op Kenniswijzer. Gebruik voor deze wijziging het formulier "mutatie toevoeging Wsnp opvolging”. De opvolgingstoeslag is in dit geval niet van toepassing.