Niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van een 285-verklaring
De rechtbank Den Haag heeft in een aantal uitspraken verzoekers, ondanks de wetswijziging van juli 2023, niet-ontvankelijk verklaard omdat een "285-verklaring" ontbrak.
In een drietal uitspraken van de rechtbank Den Haag worden verzoekers niet-ontvankelijk verklaard vanwege het ontbreken van een poging om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen. In deze uitspraak van 26 augustus 2024 werd de vrees dat zich alsnog schuldeisers zullen aandienen onvoldoende geacht om er zonder meer van uit te kunnen gaan dat het onmogelijk is om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen. De rechtbank hanteert hetzelfde criterium voor deze uitspraak van 26 augustus 2024. In deze uitspraak, ook van 26 augustus 2024, oordeelt de rechtbank dat niet is gebleken dat geen schuldenlijst kan worden vastgesteld.
In dit licht is mede van belang de eerder besproken uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 6 augustus 2024 waarin het hof aanleiding zag om een uitzondering te maken op de hoofdregel en het verzoek tot toelating tot de WSNP te toetsen zonder dat verzoeker eerst een (mislukte) poging hoeft te doen om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen.
Documentsoort
- Uitspraken en jurisprudentie
Trefwoorden
- Rechtspraak
Gerelateerd
Verzoeker heeft bij de rechtbank een verzoek ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. De rechtbank heeft hem niet-ontvankelijk verklaard: de rechtbank vindt dat geen deugdelijke poging is gedaan om tot een buitengerechtelijke ...
De rechtbank wijst het verzoek van de schuldenaren, om te worden toegelaten tot de Wsnp, af en motiveert dat als volgt.
De Hoge Raad buigt zich over de vraag of het hof mocht oordelen dat de afdrachtverplichting herleeft nadat de boedelachterstand is ingelopen.