Advocaat-Generaal geeft advies op prejudiciële vragen

Prejudiciële vragen

Kort samengevat vraagt het gerechtshof uitleg over:

1. In artikel 349a lid 1 Fw, wat dient te worden verstaan onder:
   • ‘eerste aflossing’;
   • ‘in het kader van’; en
   • ‘buitengerechtelijke schuldregeling als bedoeld in […]’.
2. Voorwaarden van de inspanningen van en aflossingen door de schuldenaar in het minnelijk traject voor het vaststellen van de eerdere Wsnp-startdatum. En in het bijzonder hoe een beslag tijdens de Msnp hierop inwerkt.

In ons artikel Gerechtshof Den Haag stelt prejudiciële vragen […] zetten wij de vragen uitgebreider uiteen.

Samenvatting en advies AG

De Hoge Raad vat de adviezen samen in het nieuwsartikel Advies AG aan Hoge Raad n.a.v. prejudiciële vragen […]. Het inhoudelijke advies vindt u via ECLI:NL:PHR:2024:562.

Het advies en nieuwsartikel zijn toegevoegd aan onze online kennisbank.

Wsnp wordt ‘naar voren’ gehaald

Samengevat stelt de AG vast dat dat door het vaststellen van de eerdere Wsnp-startdatum het wettelijke traject ‘naar voren’ wordt gehaald. Het minnelijk traject verandert hierdoor als het ware in het wettelijke traject. Daarmee moet het minnelijk traject, volgens de AG, zo veel mogelijk worden afgestemd op het wettelijke traject.

Dit betekent dat de inspanningen van en aflossingen door de schuldenaar in het minnelijk traject al moeten voldoen aan de eisen zoals die in de Wsnp worden gesteld.

Alleen aflossingen voor gezamenlijke schuldeisers

Alleen als de aflossingen ten gunste van de gezamenlijke schuldeisers zijn gekomen, tellen deze mee voor het verkrijgen van een eerdere ingangsdatum. Aflossingen die zijn gedaan onder beslag, tellen dus niet mee voor de toepassing van de nieuwe regeling, aldus de AG. In gevallen waarin de schuldenaar niet geheel volgens de regels van de Wsnp heeft afgelost, stelt de AG een pro rata-benadering voor.

Eerdere ingangsdatum mogelijk bij nulaanbod

Verder is de AG van mening dat een eerdere ingangsdatum ook mogelijk is als de schuldenaar in het minnelijk traject niets heeft afgelost omdat de aflossingscapaciteit nihil is. In dat geval geldt het moment waarop aan de schuldeisers een nulaanbod is gedaan als ‘de dag waarop de eerste aflossing is gedaan’ .

Voldoende tijd voor Wsnp-bewindvoerder

Als de rechter de Wsnp toepast en een eerdere ingangsdatum vaststelt, moet er voor de Wsnp-bewindvoerder voldoende tijd overblijven om zijn wettelijke taken uit te voeren. De AG adviseert daarom altijd een termijn van minimaal zes maanden over te houden.

Uitspraak Hoge Raad

Het is nog niet bekend wanneer de Hoge Raad uitspraak doet en of in die uitspraak het advies wordt gevolgd. De conclusie van de AG is namelijk een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat advies al dan niet te volgen. Wij informeren hierover op onze website zodra er meer bekend is.