Extra correctie in het Vtlb in verband met de hoge energieprijzen

Uitgangspunten berekening

Het berekenen van de extra correctie is maatwerk en kan als volgt gebeuren:

1. Uitgangspunt is het prijsplafond voor energie, dit is ingesteld op (afgerond) € 240 euro per maand per woonadres.
   Per 1 januari 2023 gaat men uit van een gasprijs van € 1,45 voor 1 kuub gas, tot een maximum van 1200 kuub gas (1200 m3). Voor elektriciteit wordt het maximale tarief verlaagd tot € 0,40 per KWh tot een maximaal verbruik van 2.900 kWh. Het maandelijks bedrag op basis van dit verbruik komt hiermee uit op (afgerond) € 240 per maand. In dit bedrag is rekening gehouden met de verminderde energiebelasting en het vastrecht. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen alleenstaanden en gezinnen.

2. Daarnaast wordt een extra compensatie in de vorm van de energietoeslag door de gemeente uitgekeerd aan inwoners met een inkomen tot (meestal) 120% van de bijstandsnorm. Deze toeslag is (afgerond) € 108,- per maand. Per saldo “betalen” huishoudens met een minimuminkomen € 132,- per maand aan energiekosten, zolang men met het verbruik het energieplafond niet overstijgt.
3. Schuldenaren die de energietoeslag niet ontvangen worden in de berekening gecompenseerd. Dit kan alleen als is aangetoond dat de toeslag is aangevraagd maar niet is toegekend.
4. Er wordt rekening gehouden met de compensatie van € 190,- die huishoudens met een kleinverbruik aansluiting voor elektriciteit ontvangen in (in ieder geval) november en december 2022.
5. In sommige gevallen keert de gemeente hier bovenop extra bijzondere bijstand uit.

Rekenvoorbeeld

Een concreet voorbeeld hoe de extra correctie berekend kan worden:

Een gezin van 4 personen met een minimumloon krijgt per september 2022 te maken met een nieuwe voorschotnota van € 400 per maand, gebaseerd op het verbruik van afgelopen jaar. De aangevraagde energietoeslag is toegekend.

Stap 1: Trek hier het maandbedrag van het prijsplafond van € 240,- van af.

Stap 2a: Men ontvangt de energietoeslag: geen extra actie nodig.

Stap 2b: Men ontvangt aantoonbaar géén energietoeslag: het maximum te corrigeren bedrag wordt met € 108,- verhoogd.

Stap 3: Bekijk of er extra compensatie is vanuit de overheid en de gemeente:

Als dit gezin naast de energietoeslag nog extra bijzondere bijstand ontvangt, wordt dit extra bedrag afgetrokken.

Stap 4: Voor de maanden november en december moet een extra bedrag van € 190,- worden afgetrokken.

Stap 5: Dit resulteert in het maximale te corrigeren bedrag in 2022. In dit voorbeeld is dit € 160,- (400-240) voor september en oktober, en een negatief bedrag voor november en december van -€30,- (400-240-190). Zo komen we uit op een gemiddeld bedrag voor correctie van € 65,- per maand (160+160-30-30 gedeeld door 4).

Stap 6: Bekijk of en in hoeverre dit bedrag nog uit het beschikbare vtlb kan worden betaald. Voor het gedeelte dat niet uit deze ruimte kan worden betaald, kan worden gecorrigeerd.

Nadere aandachtspunten

Naast de wijze van berekening zijn de volgende aandachtspunten ook van belang:

• De schuldenaar moet de energietoeslag hebben aangevraagd (als die niet automatisch werd ontvangen) en de beslissing wordt bij het verzoek gevoegd. Is de energietoeslag niet toegekend, dan wordt het bedrag opgeteld bij de maximale correctie;
• Ook het budgetplan wordt bij het verzoek gevoegd. Is dat niet beschikbaar omdat er geen beschermingsbewind of budgetbeheer is, dan kan de rekentool maandbegroting van het Nibud daarvoor worden gebruikt (bij voorkeur met hulp van de Wsnp-bewindvoerder). Is er nog ruimte in het budget, dan kan aldus voor een lagere correctie worden gekozen;
• Blijkt bij de jaarlijkse eindafrekening van een bij te betalen bedrag (exclusief het nieuwe termijnbedrag), dan kan aan de rechter-commissaris toestemming worden gevraagd dit bedrag uit de boedel te voldoen, voor zover de boedel toereikend is én het verbruik niet substantieel afwijkend is geweest van het verbruik van voorgaande normen. Een andere mogelijkheid is dat deze nieuw ontstane schuld bij beëindiging van de Wsnp niet als verwijtbaar wordt gezien
• Blijkt bij de jaarlijkse eindafrekening van een terug te ontvangen bedrag, dan valt dit bedrag in de boedel voor zover extra correctie heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld: de extra correctie bedraagt sinds 1 oktober 2022 € 80 per maand en per 1 maart 2023 volgt uit de jaarafrekening een terug te ontvangen bedrag van € 600. Dan vloeit daarvan 5x € 80 in de boedel, dus € 400.
• Wordt de jaarlijkse eindafrekening ontvangen na afloop van de Wsnp maar vóórdat uitkering aan de schuldeisers heeft plaatsgevonden, dan kan nog een nadere correctie plaatsvinden. De Werkgroep realiseert zich dat dit mogelijk lastig is te controleren door Wsnp-bewindvoerders.
• Onduidelijk is nog of en wanneer een energiefonds door de overheid zal worden ingesteld en wat de voorwaarden zijn om in aanmerking te komen voor een uitkering uit dit fonds. Een eventuele tegemoetkoming uit het energiefonds dient door de schuldenaar te worden aangevraagd en komt in mindering op de correctie.
• Een extra correctie voor de gestegen energietermijn leidt alleen tot een verhoging van het Vtlb als het nominaal bedrag een positief bedrag is. Bij berekeningen met een negatief nominaal bedrag wordt men geacht (een deel van) de gestegen energietermijn uit de beslagvrije voet te kunnen betalen.
• Een extra correctie voor de gestegen energietermijn kan door saniet alleen verzilverd worden als het inkomen hoger is dan het vrij te laten bedrag.

De extra correctie wordt uitdrukkelijk niet berekend door het oude voorschotbedrag van het nieuwe voorschotbedrag af te trekken.