Toelichting op de wijziging van artikel 73.2.2. van de Leidraad Invordering 2008
Belangrijke wijziging voor de praktijk omdat het regelmatig voorkomt dat na beëindiging van de schone lei blijkt dat over de Wsnp-periode nog nader moet worden afgerekend met de Belastingdienst. Soms loopt daardoor de afwikkeling van Wsnp-zaken vertraging op, omdat daarover nog geen duidelijkheid bestaat. Met deze wijziging wordt de afwikkeling van de Wsnp vereenvoudigd.
Wsnp Periodiek augustus 2010, nummer 16
Berend Engberts
1. Inleiding
Met ingang van 1 juli 2010 is artikel 73.2.2 van de Leidraad Invordering gewijzigd. De tekst luidt nu als volgt (de aanvullingen zijn cursief gedrukt):
73.2.2. Na de toepassing van de Wsnp
Belastingvorderingen waarop de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing is en voor zover die na de beëindiging op grond van artikel 356, tweede lid, Fw onvoldaan zijn gebleven, zijn aan te merken als natuurlijke verbintenissen ongeacht of de vorderingen door de ontvanger bij de bewindvoerder zijn aangemeld.
Met betrekking tot te betalen belastingaanslagen en terugvorderingen (ter zake van toeslagen) die betrekking hebben op de periode waarin de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing was en die zijn vastgesteld na beëindiging (met schone lei) van die regeling, zal de ontvanger in beginsel afzien van invordering. Daarbij geldt dat aannemelijk moet zijn dat:
- de bewindvoerder de aan de betreffende aanslag of terugvordering voorafgaande voorlopige aanslagen / teruggaven of voorschotten voldoende op juistheid heeft getoetst; en
- over de resultaten van die toetsing in voorkomend geval tijdig contact heeft opgenomen met de Belastingdienst.
Belastingteruggaven die zijn vastgesteld nadat de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling is geëindigd en die betrekking hebben op een periode vóór de uitspraak van de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling kan de ontvanger verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd.
Met betrekking tot belastingteruggaven die betrekking hebben op de periode voor de beëindiging (met schone lei) van de wettelijke schuldsaneringsregeling en die worden vastgesteld na beëindiging van die regeling, geldt het volgende. Teruggaven (na mogelijke verrekening met openstaande schulden) van minder dan € 500 worden uitbetaald aan de belastingschuldige zelf. Indien de belastingteruggave (na mogelijke verrekening met openstaande schulden) € 500 of meer bedraagt, zal de ontvanger contact opnemen met de gewezen bewindvoerder om met hem te overleggen of de vereffening moet worden heropend.
De toelichting en uitwerking tot stand gekomen na en in overleg met het Ministerie van Financiën, zij het dat aan deze toelichting geen rechten kunnen worden ontleend.
Deze wijzigingen zijn belangrijk voor de praktijk omdat het regelmatig voorkomt dat na beëindiging van de schone lei blijkt dat over de Wsnp-periode nog nader moet worden afgerekend met de Belastingdienst. De afwikkeling van Wsnp-zaken wordt bovendien geregeld opgehouden omdat geen duidelijkheid bestaat over de afrekening met de Belastingdienst over de Wsnp-periode. Met deze wijziging kan daartoe sneller worden overgegaan. Zowel door de Belastingdienst als Recofa is daarbij – rekening houdende met goede en kwade kansen – water in de wijn gedaan.
De wijziging betreft zowel het geval dat over de Wsnp-periode nog aan de Belastingdienst betaald moet worden als het geval dat de ex-schuldenaar nog geld terug krijgt. De wijziging van deze bepaling in de leidraad is na overleg met Recofa tot stand gekomen. De wijzigingen hebben alleen betrekking op schuldsaneringen die met toekenning van een schone lei zijn geëindigd.
2. Alsnog betalen over de Wsnp-periode
De eerste twee ingevoegde volzinnen zien op de situatie dat over de Wsnp-periode nog moet worden betaald. Het gaat zowel om belastingaanslagen (met name inkomstenbelasting) als fiscale toeslagen. De ontvanger zal afzien van invordering als aannemelijk is dat de bewindvoerder de (voorlopige) aanslagen of voorschotten, die aan de aanslag of terugvordering voorafgingen, heeft gecontroleerd en – indien daartoe aanleiding bestond – overleg over heeft gevoerd met de fiscus. Aangenomen moet worden dat desbetreffende aanslagen destijds ook betaald zijn. “Afzien van invordering” betekent dat niet wordt verrekend met voorschotten of teruggaven over de periode na de Wsnp. Als de bewindvoerder bedoelde controle wel heeft uitgevoerd maar op een verkeerd been is gezet doordat de schuldenaar niet alle en/of onjuiste informatie heeft gegeven, zal de Belastingdienst ook afzien van invordering. Dit is slechts anders als de schuldenaar ter zake van het onjuist of onvolledig informeren van de bewindvoerder een verwijt kan worden gemaakt. Aangenomen moet worden dat hij de nagekomen aanslag of terugvordering dan toch moet betalen.
3. Teruggaven over de Wsnp-periode
De laatste drie, nieuwe, volzinnen (de tweede cursieve alinea) betreffen het geval dat de ex-schuldenaar over de Wsnp-periode nog recht heeft op belastingteruggaven. In de tekst wordt melding gemaakt van mogelijke verrekening met openstaande schulden. Dit betreft schulden die na toelating tot de Wsnp zijn ontstaan en zien op de Wsnp-periode. Dit betreft zowel (andere) belastingschulden als te veel ontvangen toeslagen (zie hierover in dit blad de bijdrage van Arie van Eijsden en Cynthia Lamur – ‘Toeslagen en de samenloop met verrekening, beslag en insolventie’). De grens van € 500,- is in overleg met Recofa gekozen. De achtergrond is dat het bij kleine bedragen vanwege het extra werk en kosten weinig zinvol is om deze als nagekomen bate (art. 356 jo. 194 Fw) uit te delen.
4. Nadere uitwerking
Hieronder noem ik een paar situaties die in de praktijk kunnen voorkomen:
- Stel dat de Wsnp halverwege 2010 eindigt en er komt een aanslag Inkomstenbelasting (IB) over dat jaar. De bewindvoerder heeft dat niet kunnen controleren omdat die aanslag of teruggave ook betrekking heeft op een periode waarin de ex-schuldenaar niet onder ‘toezicht’ van die bewindvoerder meer stond.
In het algemeen geldt dat bij aanslagen of teruggaven IB tijdsevenredig (per dag) berekend wordt welk deel betrekking heeft op de Wsnp-periode en welk deel niet. Als iemand op 1 juli van enig jaar tot de Wsnp wordt toegelaten en er volgt een aanslag van bijvoorbeeld € 1.000,- over dat jaar, dan wordt de helft daarvan als pre-Wsnp schuld beschouwd. Deze benadering is ook het uitgangspunt in genoemd voorbeeld. Als een schuldenaar op 1 juli de schone lei heeft gekregen en er volgt nog een aanslag van bijvoorbeeld € 1.200,- over dat jaar, dan zal de Belastingdienst de helft daarvan dus als nieuwe schuld beschouwen. Met betrekking tot de andere helft wordt afgezien van invordering. De Belastingdienst gaat er daarbij vanuit dat de bewindvoerder over de Wsnp periode de vinger aan de pols heeft gehouden en dat geen sprake is van verwijtbaarheid aan de zijde van de schuldenaar.
- Stel dat de Wsnp halverwege 2010 eindigt en er komt een teruggave IB over dat jaar van € 800,-. Dit zal – zoals onder b al aangegeven tijdsevenredig moeten worden verdeeld, zodat € 400,- aan de Wsnp periode moet worden toegerekend en dat betekent dat die € 400,- naar de ex-schuldenaar gaat.
- Vordering of teruggaven van toeslagen kunnen over het algemeen ook tijdsevenredig worden toegerekend. Bij woon/huurtoeslagen kan dat soms anders liggen. Vorderingen of teruggaven betreffende toeslagen worden – zoals reeds aangegeven – verrekend met teruggaven of aanslagen IB.
5. Slot
Met de wijziging van 73.2.2 doet de Belastingdienst een handreiking aan de Wsnp-bewindvoerders omdat het de afwikkeling van schuldsaneringen vereenvoudigt. Als de bewindvoerder de fiscale positie van de schuldenaar goed controleert, hoeft hij niet meer op formele, fiscale afwikkeling over de Wsnp-periode te wachten en kan hij tot beëindiging van de Wsnp overgaan. Alleen als er over de Wsnp-periode per saldo meer dan € 500,- terug komt zal hij het dossier moeten heropenen.
Documentsoort
- Vakliteratuur
- Wsnp periodiek
Trefwoorden
- Wsnp Periodiek
Gerelateerd
Dit artikel beschouwt de afhandeling van de compensatie kinderopvangtoeslagaffaire in relatie met de Wsnp.
Geen schone lei wordt toegekend in een Wsnp die eindigt omdat alle (aangemelde) vorderingen voldaan kunnen worden. Dit artikel legt uit hoe te werk te gaan om toch een schone lei te krijgen.
Dit artikel informeert over een aantal wetsvoorstellen ten aanzien van de Wsnp, te weten: verkorting goede-trouw-termijn en de flexibilisering wachttermijn tien jaar.