Unieke ontmoeting brengt Msnp en Wsnp dichterbij elkaar
Een unieke samenkomst: de schuldenwethouders van de vier grote steden, de NVVK, Wsnp-bewindvoerders én de rechtspraak rond één tafel. Onderwerp van gesprek: vanuit de Msnp een betere toegang creëren tot de Wsnp.
WSNP Periodiek november 2020, nr. 4
Joeri Eijzenbach*
De schuldenwethouders van de vier grote steden, de NVVK, Wsnp-bewindvoerders én de rechtspraak rond één tafel: een unieke samenkomst. Eind september vond de bijzondere ontmoeting tussen deze vier partijen plaats. Onderwerp van gesprek: vanuit de Msnp een betere toegang creëren tot de Wsnp.
Wat ging er aan deze ontmoeting vooraf? Een aantal zaken:
- Allereerst: een groeiend besef dat we samen aan de lat staan om meer mensen schuldzorgenvrij te maken.
- De wens elkaar niet als concurrenten maar als samenwerkingspartners te zien.
- Concreet: een brief in april van dit jaar van de Wsnp-bewindvoerders (BBW) aan de G4 met de oproep: zet lokaal de Wsnp vaker in en bekort de duur van het minnelijke traject, zodat de overstap naar het wettelijke traject eerder in beeld komt.
De BBW-brief was voor de G4-wethouders (allemaal lid van de NVVK) reden de NVVK uit te nodigen. In het overleg dat volgde, constateerden we dat het probleem niet zozeer zat in lokale onbekendheid met de Wsnp, maar meer in de hindernissen die minnelijke schuldhulpverleners ervaren om een cliënt door te leiden naar de Wsnp.
1. Warm welkom van Recofa
En dus kwam er in augustus opnieuw een brief; deze keer namens G4, NVVK en BBW, gericht aan Recofa en de rechtbanken in de vier grote steden. We verzochten om een overleg. Daar volgde onmiddellijk een positieve reactie op van Recofa.
In de tussentijd publiceerde Ombudsman Reinier van Zutphen begin juni een rapport over de schuldhulpverlening. Hij bepleit een ruimere toegang tot de Wsnp. De titel van het rapport, ‘Een hindernisbaan zonder finish’, maakte minnelijke schuldhulpverleners niet blij. Toch organiseerden we er als NVVK in juli een -drukbezochte- digitale bijeenkomst over. Na een inleiding door Van Zutphen bespraken we het rapport vanuit het perspectief van de rechtspraak, Wsnp en minnelijke hulpverlening.
2. ‘Wettelijk als het niet anders kan’
Die perspectieven varieerden flink: van ‘wettelijk als het echt-echt-écht niet anders kan’ tot ‘de vloedgolf die we verwachten, kunnen we alleen samen verwerken’. Overheersend was de conclusie dat we een gezamenlijke opgave hebben. Die ‘minnelijk’ absoluut niet alleen aankan. Ivoren torens moeten we verlaten, partnerschappen zijn nodig.
De Ombudsman waarschuwde ervoor dat steeds meer mensen blijven zitten met hun schulden, geen toekomstperspectief hebben en financieel en maatschappelijk voor lange tijd op een zijspoor belanden. Dit is niet alleen schadelijk voor de burgers, maar ook voor de maatschappij.
De Ombudsman stelt dat burgers mogen verwachten dat na het mislukken van een minnelijk traject een hulpvrager altijd informatie en advies krijgt over een Wsnp-verzoek. Daarnaast mag de klant verwachten dat de hulpverlener begeleiding biedt bij het gehele proces van de Wsnp, inclusief nazorg.
Hij concludeerde dat de voorlichting over de Wsnp soms te wensen over laat. Dat komt door misvormde beelden over en weer. Wettelijk wordt door minnelijk nog te veel gezien als ‘een koude sanering met een zakelijke toezichthouder’.
3. Wsnp-bewindvoerder als casemanager
BBW-bestuurslid Hans Lagendaal vertelde dat hij zichzelf steeds meer ziet als een ‘casemanager’. De Wsnp-bewindvoerder anno 2020 doet er volgens hem zoveel mogelijk aan om een traject te laten slagen. Ook daarbij zijn soms partners nodig: flankerende hulp als budgetbeheer, bewind of ondersteuning bij de administratie.
‘Samen, samen, samen’ was de oproep van Lagendaal tijdens de NVVK-bijeenkomst. Die oproep werd omarmd door NVVK-voorzitter Marco Florijn. Het was wellicht een onverwachte uitkomst voor de Ombudsman: had hij kunnen denken dat zijn rapport juist zou zorgen voor een toenadering tussen minnelijk en wettelijk? Het rapport zelf focust op bredere toegang tot het wettelijke traject, met een duidelijke oproep aan de wetgever om dat te realiseren.
4. Politiek als mede-aanjager
In Den Haag gebeurde er ondertussen ook het een en ander, deze zomer. In het verleden ontbrak het in de politiek aan draagvlak om de toegang tot de Wsnp te verruimen. Ook is o.a. de Participatiewet zo ingericht dat niets doen -het niet voldoen aan de inlichtingenplicht-automatisch fraude oplevert en dus geen toegang tot schuldhulpverlening.
Maar inmiddels heeft de wal het schip gekeerd. De wal van ‘het effect van corona’ , en de wal van ‘de effecten van de toeslagenaffaire’. Keek de branche eerst steeds naar de politiek, inmiddels kijkt de politiek meer en meer naar de praktijk in de branche. De gewijzigde Wgs, waarin de druk op gemeenten wordt opgevoerd, is daar een voorbeeld van.
De flinke ambities uit Den Haag zorgen direct voor een lokaal spanningsveld. Hoe ga je dat inrichten én betalen?! Maar de wet biedt ook (juridische) basis voor een betere samenwerking en voor digitale ontwikkelingen in de toekomst. Toch is dat voor de politiek nog niet genoeg; diverse moties uit het afgelopen parlementaire jaar laten zien dat de dalende instroom Wsnp de politiek zorgen baart.
5. Verkorting looptijd Wsnp
Zo was er een motie van het Kamerlid Jetten (D66) over een meer toegankelijke Wsnp. Hij wil zelfs een verkenning naar verkorting van de looptijd naar 18 maanden. Dat zijn nog eens ambities!
Van grote betekenis is ook een amendement van de Kamerleden Peters (CDA) en Bruins (ChristenUnie) bij de behandeling van de Participatiewet. Het bepaalt dat het verbod van art. 60c Pw voor een gemeentebestuur om als schuldeiser in te stemmen met een schuldregeling voortaan alleen nog geldt voor vorderingen waarbij de informatieplicht is geschonden én waarbij sprake is geweest van vastgestelde opzet of grove schuld. Dwangakkoorden tegen de eigen organisatie (of de opdrachtgevende gemeente) zullen daardoor veel minder vaak voorkomen. Voor mensen die minnelijke hulp zoeken bij hun schulden, verbetert de situatie sterk.
Ongetwijfeld gaat er meer uit Den Haag komen dat ons werk beïnvloedt; zeker ook de komende verkiezingen zullen zorgen voor nog meer aandacht voor financiële bestaanszekerheid voor inwoners.
6. Snel door naar ‘wettelijk’
Het rapport van de ombudsman sterkte ons (G4, BBW, NVVK) in ons voornemen om meer samen op te trekken met de rechterlijke macht. Om het idee te verlaten dat de Wsnp vooral een ‘stok achter de deur’ is om Msnp-trajecten te laten slagen. En om het idee te omarmen dat het goed is om, waar er minnelijk weinig mogelijkheden zijn, zo snel mogelijk door te geleiden naar wettelijk.
De positieve reactie op onze brief aan de Recofa maakte ons enthousiast. Maar spreken we na al die jaren waarin we vooral gescheiden optrokken nog wel dezelfde taal, vroegen we ons af bij de voorbereiding van de gesprekken.
Delen we allemaal nog wel dezelfde visie op schulden? Dat werd onze eerste vraag aan de rechtspraak.
7. Rechtbank voelt ontoegankelijk
Eerst nog even terug naar de NVVK-bijeenkomst over het rapport van de ombudsman. Daar sprak ook rechter Mark Bosch. Schuldhulpverleners waren allemaal heel enthousiast over zijn betoog. Zijn oproep was: ‘kom bij ons langs, we gaan graag in gesprek’.
Dat zal in zijn situatie zo zijn, maar elders blijkt de praktijk anders. Rechtbanken voelen voor schuldhulpverleners als ‘niet toegankelijk’. De afstand die de schuldenaar voelt tot het instituut ‘rechtbank’ voelt voor professionals niet anders. En als de deur van de rechtbank al opengaat, dan is dat voor een gesprek met de wethouder van de gemeente, niet voor de professionals in de uitvoering.
Hoe het zou moeten? Denk aan een lokaal spreekuur voor professionals, of een halfjaarlijks gesprek met de uitvoering. Dát maakt rechters toegankelijk. De rechter zou meer een gelijke partner kunnen zijn die je kan helpen een zaak vlot te trekken.
Tegen Wsnp-bewindvoerders zeg ik: door de dalende instroom staat de expertise rond de Wsnp onder druk. Maar ook dat kan veranderen. Bied je expertise aan bij gemeenten. Vooral kleinere gemeenten hebben die expertise niet altijd in huis. Lukt het niet om voet aan de grond te krijgen bij gemeenten? Laat het ons weten. Samen met de BBW leggen we graag verbindingen.
8. Op de koffie bij de rechtspraak
Ik nader het einde van mijn bijdrage. Nadat onze uitnodiging aan Recofa met open armen was ontvangen, hebben we op 21 september jl. in een niet eerder vertoonde setting bij elkaar gezeten (fysiek en digitaal). Rechters, wethouders, adviseurs en bestuurders van NVVK en BBW, en adviseurs van bureau Wsnp.
Het was een uniek gezelschap. Ik voorspel dat het door zijn eensgezindheid echt het verschil gaat maken. Sneller toegang tot de Wsnp is wat de rechters betreft mogelijk. Beargumenteer daarvoor je verhaal goed. Is een minnelijk traject zinloos? Kies ervoor dat af te wijzen, zelfs voordat alle schuldeisers gereageerd hebben. Is er maar 1 schuldeiser? Stap meteen over op een dwangakkoord. Reageert een schuldeiser niet? Kwalificeer het als weigering.
Zo gingen er verschillende voorbeelden over tafel die voor versnelling kunnen zorgen in de overgang van Msnp naar Wsnp. Zorgpunt is het gebrek aan initiatief bij minnelijke schuldhulpverleners. Dit wordt wellicht veroorzaakt door een gebrek aan proceservaring bij sommige minnelijke uitvoerders.
9. Laatste redmiddel
De vier grote steden hebben allemaal eigen expertise in huis. Zij voeren de minnelijke schuldhulpverlening (grotendeels) zelf uit. Van hen kwam opnieuw de oproep om de Wsnp te zien als redmiddel voor mensen die niet minnelijk geholpen kunnen worden. Dat is een vernieuwende denklijn, de Wsnp werd steeds gezien als stok achter de deur voor minnelijk maar inmiddels is dat minder nodig. We zien wel dat er bepaalde mensen of groepen zijn die beter passen in de Wsnp. Grote hobbel die wordt gezien is de stabiliteit, als die in het geding is dan haalt iemand zeer waarschijnlijk ook de Wsnp niet.
Al met al was het een gedenkwaardige ontmoeting die vervolgd wordt met nieuwe gesprekken, zowel op bestuurlijk als op inhoudelijk niveau. Alle partijen vonden zich in de oproep om branchebreed aan kwaliteitsverbetering te doen.
Als BBW en NVVK vonden we het een inspirerende ervaring om samen op pad te gaan. We slaan de handen ineen om meer mensen schuldenzorgvrij te krijgen. De benodigde kwaliteitsimpuls willen we met bureau Wsnp oppakken. In de toekomst leidt dat naar verwachting tot een beter beeld van elkaars mogelijkheden. Afgesproken is om op bestuurlijk niveau begin volgend jaar opnieuw om de tafel te gaan. Op korte termijn zal in klein comité worden gesproken over handvatten voor een versnelde minnelijke route. Hopelijk zorgen alle initiatieven ervoor dat uiteindelijk de hulp aan mensen met schulden verbetert. Dan hebben we ons doel bereikt.
Voetnoten
*Joeri Eijzenbach is beleidsadviseur bij de NVVK.
- https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/ moties/detail?id=2020Z16581&did= 2020D35903
- https://www.nvvk.nl/k/news/ view/11767/3481/kamer-wijzigt-participatiewet-voortaan-bij-onbedoelde-fraude-toch-schuldregeling.html
Documentsoort
- Vakliteratuur
- Wsnp periodiek
Trefwoorden
- Schuldhulpverlening (Msnp)
- Wsnp Periodiek
Gerelateerd
Opiniestuk over de vergelijking tussen de opbrengst van de Msnp en de Wsnp. De vergelijkingstool die daarvoor bestaat, doet volgens de auteur geen recht aan de werkelijkheid. In dit artikel legt hij uit waarom niet.
Korte beschrijving van de hoofdlijnen in het visiedocument van de rechtspraak. Welke experimenten lopen, in welke richtingen bewegen deze, waar zit nog een gemis? En details van het onderzoek 'Aansluiting gezocht!', van het Ministerie van ...
Het toelatingsvereiste "een met redenen omklede verklaring dat er geen reële mogelijkheden zijn om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen" (art. 285 lid 1 sub f Fw) en de interpretatie van de Rechtspraak nader bekeken.