Cassatie in het belang der wet: tijdens de Wsnp is geen verrekening op de WAO mogelijk voor een UWV-vordering waarop de Wsnp van toepassing is
Bureau Wsnp raakte onlangs bekend met uitspraak HR, 21-02-2020, nr. 19/05095 van de Hoge Raad. Deze uitspraak stelt vast wanneer het recht op een WAO-uitkering ontstaat, het moment van een schuld van het UWV aan de uitkeringsgerechtigde ontstaat en of de uitkeringsinstantie mag verrekenen tijdens de Wsnp.
Hiermee wijzigt de (onjuiste) rechtsopvatting dat het UWV tijdens de Wsnp mag verrekenen zoals bedoeld in artikel 307 lid 1 Fw.
Hieronder lichten wij de uitkomst van de uitspraak kort toe.
UWV mag een vordering die vóór de Wsnp is ontstaan niet verrekenen met de uitkering die de uitkeringsgerechtigde ontvangt na de toepassing van de Wsnp
Samengevat stelt de Hoge Raad vast dat het (materiële) recht op een WAO-uitkering van rechtswege ontstaat zodra wordt voldaan aan de wettelijke voorwaarden. Het besluit van het UWV tot vaststelling van de uitkering, legt het recht op de uitkering slechts bindend vast.
Verder wordt de hoogte van de uitkering per dag berekend. Hierbij moet worden aangenomen dat de schuld die het UWV heeft aan de uitkeringsgerechtigde ontstaat per (werk)dag waarop sprake is van arbeidsongeschiktheid.
Een schuld van het UWV die vóór de toepassing van de Wsnp is ontstaan, kan tijdens de toepassing van de Wsnp daarom niet op grond van artikel 307 lid 1 Fw verrekend worden met de uitkering die de uitkeringsgerechtigde ontvangt tijdens de Wsnp.
Hier vindt u de uitspraak en de samenvatting (zie met name rechtsoverwegingen 3.1 t/m 3.3).