Compensatie toeslagaffaire: geen inkomen in Participatiewet
In de Participatiewet worden, behoudens een aantal wettelijke uitzonderingen, alle vermogens- en inkomensbestanddelen tot de middelen gerekend waarover betrokkene beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.
Om te voorkomen dat bepaalde vergoedingen betrokken worden bij de beoordeling van het recht op bijstand, terwijl dat vanuit het rijksbeleid bezien niet gewenst is, bestaat op grond van artikel 31, tweede lid, onderdeel l van de Participatiewet de mogelijkheid om bij ministeriële regeling materiële of immateriële schadevergoedingen aan te wijzen die niet tot de middelen worden gerekend.
Recent is artikel 7 van deze Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ aangepast en gepubliceerd in de Staatscourant. In deze aanpassing is opgenomen dat aan de reeds opgenomen vrijlatingen twee tegemoetkomingen in het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag zijn toegevoegd. Het betreft de 'december tegemoetkoming' van € 750,—, én de 'forfaitaire compensatie' van € 30.000,—. Ook deze tegemoetkomingen worden niet tot de middelen gerekend bij de vaststelling van het recht op bijstand.