Afwijzing verzoek ontslag Wsnp-bewindvoerder
Bij beschikking van 21 maart 2024 wijst de rechtbank het verzoek tot ontslag van de Wsnp-bewindvoerder af. Bij de beoordeling van een verzoek daartoe heeft de rechtbank een ruime beoordelingsvrijheid, al blijft die gerelateerd aan de wettelijke taken van de Wsnp-bewindvoerder. In deze kwestie is de rechtbank van oordeel dat de bewindvoerder die taken naar behoren uitvoert, zodat er geen grond is om haar als bewindvoerder te ontslaan.
Na ontvangst van de zienswijze van de rechter-commissaris heeft de rechtbank een datum voor de mondelinge behandeling bepaald. Verzoekers hebben zich tot tweemaal toe vanwege gezondheidsklachten afgemeld. Zij hebben er uiteindelijk voor gekozen om af te zien van mondelinge behandeling. In plaats daarvan kregen zij de gelegenheid voor een schriftelijke toelichting, waarop ook de Wsnp-bewindvoerder nog mocht reageren.
Verzoekers hebben hun standpunt per e-mail toegelicht. Als onderbouwing voor het verzoek wordt - kort gezegd - aangevoerd dat de Wsnp-bewindvoerder onnodig nieuwe schulden creëert door:
- ten laste van de boedel de opdracht tot verkoop van de eigen woning te verstrekken;
- door de terugbetaling van te veel ontvangen zorgtoeslag tegen te houden, en;
- door een betalingsregeling en kwijtschelding van gemeentelijke belastingen tegen te werken.
Verder voeren verzoekers aan dat de Wsnp-bewindvoerder na 12 maanden een herkeuring wil laten uitvoeren in verband met ontheffing van de sollicitatieplicht van verzoeker (2), terwijl in het medisch rapport 24 maanden staat. Verzoekers stellen verder dat zij door telefonische dreigementen van de Wsnp-bewindvoerder bij een psycholoog zijn beland. Ten slotte stellen verzoekers dat de Wsnp-bewindvoerder hen telefonisch heeft voorgehouden dat verzoeker (1) geen IVA-uitkering zou krijgen.
De Wsnp-bewindvoerder voert aan dat er geen grond is voor haar ontslag, dat zij in haar hoedanigheid van bewindvoerder haar werkzaamheden uitvoert en handelt overeenkomstig hetgeen de rechter-commissaris en de rechtbank van haar verlangen.
Ook de rechter-commissaris concludeert in haar zienswijze dat er geen grond is om de Wsnp-bewindvoerder in haar hoedanigheid te ontslaan.
De rechtbank oordeelt tot slot gemotiveerd dat er geen grond is om de Wsnp-bewindvoerder te ontslaan. Het verzoek wordt dan ook afgewezen. De rechtbank geeft verzoekers daarbij nadrukkelijk in overweging om in te gaan op het aanbod van de rechter-commissaris, om in gesprek te gaan over hun klachten over de Wsnp-bewindvoerder. De rechter-commissaris heeft in haar zienswijze aangegeven dat het gesprek alsnog zou kunnen plaatsvinden als het verzoek om ontslag wordt afgewezen.
Wilt u meer weten over klachtregelingen in de Wsnp? Bezoek dan rechtwijzer.nl/schulden.
Organisatie
- Rechtbank Rotterdam
Documentsoort
- Uitspraken en jurisprudentie
Trefwoorden
- Koopwoning
- Medisch en gezondheid
- Rechtspraak
Gerelateerd
De schuldenaar is arbeidsmedisch onderzocht, waarna de rechter-commissaris beslist om hem gedeeltelijk te ontheffen van de sollicitatieplicht. De schuldenaar heeft tegen die beschikking hoger beroep ingesteld.
Volgens de rechtbank is niet komen vast te staan dat schuldenares zich de gehele periode van 3 jaar vóór indiening van het Wsnp-verzoek maximaal heeft ingespannen om de regresvordering van haar ex-partner zo klein mogelijk te houden. Haar de ...
In deze korte uitspraak wijst rechtbank Haarlem het verzoek een voorlopige voorziening te treffen teneinde de aangezegde executieveiling van een woning te schorsen, af.