Akkoord na het verstrijken van de termijn van art. 349a Fw (2/2)
Vervolg op WP 2017/02, betreffende een procedure over de vraag of het saldo op de beheerrekening nu wel of niet tot de boedel behoorde.
WSNP Periodiek augustus 2017, nr. 3
Theo Pouw
Het artikel over bovenvermeld onderwerp in het vorige nummer van WSNP Periodiek eindigde met de mededeling dat op de beslissing van de rechtbank nog werd gewacht en dat in dit nummer op de zaak zou worden teruggekomen. Achteraf is dat niet helemaal juist gebleken, want er was reeds op 11 april 2017 uitspraak gedaan, maar de rechtbank had verzuimd de beschikking naar de bewindvoerder te sturen. Pas op 23 mei 2017 kwam de bewindvoerder in het bezit van de uitspraak, welke (nog) niet is gepubliceerd. Daarom nu alsnog het vervolg van deze procedure.
Omdat de schuldenares dreigde de schone lei mis te lopen, had zij tijdens de mondelinge behandeling van het door haar ingestelde hoger beroep tegen de weigering van de schone lei door de rechtbank aan het hof te kennen gegeven met het boedelsaldo van € 15.500 en het saldo op de beheerrekening van € 4.070 alsnog een akkoord te willen aanbieden aan haar schuldeisers. Over dat saldo merkt de rechtbank terecht op: “De omstandigheid dat appellante dat bedrag heeft weten te sparen, brengt op zichzelf niet mee dat dit tot de boedel is gaan behoren.”
Zoals al eerder opgemerkt, is het mogelijk om van het vtlb aanzienlijke bedragen te sparen en die spaarsaldi vallen in beginsel buiten de boedel.
Het beoogde akkoord kwam niet tot stand en het hof stelde vast dat schuldenares toerekenbaar tekort was geschoten in de nakoming van de informatieverplichting, hetgeen normaliter leidt tot weigering van de schone lei. Van doorslaggevende betekenis voor het hof was echter de door schuldenares getoonde bereidheid om het saldo op de beheerrekening ter beschikking van de schuldeisers te stellen. Op basis van art. 354 lid 2 Fw kende het hof schuldenares daarom alsnog een schone lei toe.
Het hof verzuimde echter iets vast te leggen over het saldo op de beheerrekening. Dat had bijvoorbeeld gekund door in het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van het hoger beroep een uitdrukkelijke toezegging van schuldenares op te nemen dat zij het saldo op de beheerrekening zou overmaken op de boedelrekening. Wellicht had het hof de schone lei ook voorwaardelijk kunnen toekennen, de voorwaarde zijnde dat het betreffende bedrag moest zijn bijgeschreven op de boedelrekening. Kennelijk ging het hof uit van de veronderstelling dat schuldenares ‘in ruil’ voor het verkrijgen van de schone lei het saldo op de beheerrekening inderdaad zou overmaken op de boedelrekening.
Dat verzuim van het hof leidde tot de procedure over de vraag of het saldo op de beheerrekening nu wel of niet tot de boedel behoorde, waarover de rechtbank inmiddels dus uitspraak heeft gedaan. De rechtbank laat de procesrechtelijke punten (ontvankelijkheid en de vraag of er wel sprake is van een voor beroep vatbare beschikking van de rechtercommissaris) voor wat ze zijn en kiest voor een praktische oplossing. In het bij het hof gedane aanbod om alsnog een akkoord aan te bieden aan haar schuldeisers en zodoende de schone lei veilig te stellen, ziet de rechtbank een toezegging van schuldenares om bij een gunstige afloop van het hoger beroep het tegoed op de beheerrekening over te maken op de boedelrekening. Volkomen terecht merkt de rechtbank dan op: “Van die toezegging kan zij niet terugkomen, nadat zij heeft gekregen wat zij met die toezegging beoogde.”
Kennelijk probeerde schuldenares daar nog onderuit te komen door te betogen dat deze uitkomst onrechtvaardig was en dat zij daardoor in een nadeliger positie gebracht werd ten opzichte van een saniet die het vrij te laten bedrag volledig heeft verbruikt. De rechtbank is echter niet gevoelig voor die argumentatie: “Tegenover de afdracht van het tegoed op de beheerrekening aan de boedel staat immers dat appellante ondanks de toerekenbare tekortkoming(en) een schone lei heeft gekregen en dus na toepassing van de schuldsaneringsregeling schuldenvrij is.”
Schuldenares heeft zich daarbij neergelegd en heeft het saldo op de beheerrekening inmiddels overgemaakt naar de boedelrekening. Een bevredigende uitkomst, lijkt mij.
Documentsoort
- Vakliteratuur
- Wsnp periodiek
Trefwoorden
- Materiële termijn
- Niet voldoen verplichtingen
- Termijn Wsnp
- Wsnp Periodiek
- Wsnp-akkoord
Gerelateerd
Het is mogelijk om aan het einde van de Wsnp alsnog een akkoord aan te bieden. Dit kan (alleen) van meerwaarde zijn wanneer de schone lei in gevaar is. Dit artikel bespreekt een casusvoorbeeld.
De conclusie van de HR dat tussen het verstrijken van de termijn van artikel 349a Fw en het onherroepelijk worden van de verlengingsbeslissing er voor de schuldenaar geen verplichtingen gelden. Deel 2 van een tweeluik.
Artikel over de (verlenging van) de looptijd van de Wsnp. De verschillende mogelijkheden worden uiteengezet.